Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

In de commissievergadering Ruimte, Landbouw en Natuur van Provinciale Staten is op 17 november 2017 het Limburgse land- en tuinbouwbeleid besproken. Bij de bespreking hebben zich een twintigtal insprekers gemeld, waaronder André Vollenberg namens Behoud de Parel. Vollenberg richtte zich met name op de Intensieve veehouderij en de opvattingen van gedeputeerde Mackus daarover. In Dagblad de Limburger is al aandacht besteed aan die standpunten (lees hier het artikel op de website over dat standpunt).

Demonstratie

Na een demonstratie, met zo'n 100 deelnemers, werd binnen in het provinciehuis gedebatteerd over de beleidsvoornemens van het College van GS van de provincie Limburg. Het debat startte met een twintigtal insprekers.

Insprekers
In Dagblad de Limburger deed journalist Jan Hensels verslag.  Zo citeerde hij Cor de Nijs van de Kerngroep Limburg Gezonder (waar Behoud de Parel lid van is): "De indruk bestaat dat onze gezondheid ondergeschikt blijft aan de economische belangen van de vleesindustrie.” Hij verwoordde daarmee volgens de journalist een zorg die bij meer bezorgde burgers leeft. Hij zei te spreken namens zeker duizend Limburgers die ageren tegen overlast van de intensieve veehouderij. Stress, stank, uitstoot van ammoniak en fijnstof en longziektes waren slechts enkele zaken die De Nijs opsomde.

Hetty van Wijk van Burning Souls vroeg aandacht voor het leed van dieren bij stalbranden. Anne Hanssen van Caring Vets, dieren- en veeartsen die opkomen voor dierenwelzijn, stelde dat veel varkens in de veehouderij kampen met longontsteking, groeistoornis en depressies. Inspreker Geert Ambrosius, een bezorgde burger, raakte niet enthousiast van het beleidsstuk van de nieuwe gedeputeerde Hubert Mackus (CDA). „Urgentie lezen we nergens. Het rapport staat bol van ‘we gaan’, ‘we moeten’, ‘er zullen.’ Over gezondheid en natuur wordt weinig geschreven.”

Inbreng André Vollenberg (Behoud de Parel)


Vollenberg (zie foto) vertelde dat in de te bespreken rapportage “Limburgse land- en tuinbouw loont”, die perspectief biedt aan met name de intensieve veehouderij en vleesindustrieën, de economie de boventoon voert. Hij stelde: "Dit betreft slechts enkele ondernemers in het agrofoodcomplex, terwijl er ruim 1,1 miljoen Limburgers zijn. Tot voor enkele decennia zijn andere sectoren belangrijk geweest voor onze economie. Zoals de textiel die vrijwel geheel uit Nederland is verdwenen. In de voedingssector waren er in alleen Horst zo’n 200 champignonkwekers. Nu zijn er nog een 10-tal over. In de glastuinbouw waren ook honderden bedrijven actief en nu zijn er, ondanks Californië, nog enkele tientallen. Als volgende sector is de intensieve veehouderij aan de beurt.

Met veel investeringen, innovatiesubsidies en stimulering om mest te verwerken wordt getracht de sector overeind te houden. Veehouders groeien uit tot vlees-industriëlen in megastallen en worden zelfs multinationals, die geen oog hebben voor de leefomgeving, de gezondheid van de burgers en alleen uit zijn op meer, meer en nog eens meer.. Juist deze bedrijven worden geroemd als koplopers. Maatschappelijk gezien zijn dit net de doodlopers waar bewoners tegen te hoop lopen. Deze ondernemers overleven in Nederland bij de gratie van subsidie op zogenaamde groene stroom uit biovergisters. Drukken daardoor alle normale familiebedrijven uit de markt en de sociale en financiële vernieling in.

In Brabant wordt 75 miljoen uitgegeven om de intensieve veehouderij te herstructureren. Er komt niet meer vee, maar bedenk dat bij de netto toegevoegde waarde van slechts 0,09% er een extra omzet moet worden geregenereerd van 83 miljard in de veehouderij om dit terug te verdienen.  Dat lukt nu niet, dan niet en nooit niet!  Never!

De problemen die de intensieve veehouderij veroorzaakt worden er niet minder om. Recentelijk zijn fibronil en de mestfraude toegevoegd aan de niet aflatende rij van problemen die het gevolg zijn van een ontspoorde landbouw. Trek daarom vergunningen in van frauderende ondernemers en reduceer de intensieve veehouderij tot een aanvaardbare omvang. Nederland dient niet meer vee te houden dan onze landbouwgrond aan mest kan en mag hebben! Halvering van de veestapel is dan noodzakelijk.Initiatieven als Kipster, met een eerlijke, hogere kostprijs en betere marktprijs, zijn aardig maar bieden geen oplossing, tenzij wij 70 % minder vee gaan houden!

Geef voorrang aan gezondheid, ga voor integrale oplossingsgerichte landbouw die gedragen wordt door alle Limburgers. Ga voor betrokken en lokale ondernemers die bij hun bedrijf wonen met verbredende landbouw! Beëindig veebedrijven op vrijwillige basis met opkoop van rechten en stuur naar natuur inclusieve landbouw.

Limburgse landbouw kan dan gaan lonen en gaat ”Van groei naar bloei” Tevens wil ik alle aanwezigen danken die belangeloos hun vrije tijd besteden aan de gezondheid van alle Limburgers en honderden miljoenen mensen in de wijde regio die te maken hebben met secundair fijnstof uit ammoniak en NOx uit alle verbranding".

Een aantal insprekers kwam uit de agrarische sector, zo meldde Jan Hensels in Dagblad de Limburger. Zij maakten zich onder meer sterk voor de toekomst van de fruitteelt in Limburg en de glastuinbouw in het noordelijk deel van Limburg. Het stoorde een deel van de mensen uit de agrarische sector dat het als het over landbouw gaat, heel vaak over overlast van de intensieve veehouderij gaat. Er gebeuren tenslotte ook veel goede dingen, was hun boodschap.

Debat
Meerdere Statenleden pleitten er eveneens voor om de landbouw vanuit een breed perspectief te bekijken. Wilma van Dommelen (D66) wees bijvoorbeeld op het economische belang van de sector. 'Kansen', en 'banen' voerden de boventoon in haar betoog. Een kritische blik op de Intensieve veehouderij was aan haar kennelijk niet besteed. En - haast natuurlijk zou je zeggen - wist het CDA ook alleen maar de positieve kanten te belichten. "Het blad National Geographic prijst juist de innovatiekracht van de Nederlandse landbouw", stelde CDA-lid John Verhoijsen. Verhoijsen is zelf varkenshouder (!) en lag tot voor kort in de klinch met zijn buren, die de varkenshouder zien als een bedreiging van hun eigen nering.

"Stop overlast IV"
Toch klonk ook bij veel Statenleden de roep om concrete maatregelen tegen overlast van de intensieve veehouderij. Enkele partijen zoals de SP denken dat het verminderen van het aantal stuks vee daarvoor nodig is (lees hier het SP-standpunt op de website van de SP Horst aan de Maas). GroenLinks en de Partij voor de Dieren kwamen op voor de belangen van omwonenden, burgers én boeren die willen omschakelen naar biologische landbouw. De PvdA bleef niet achter en stelde scherpe vragen aan het college van GS.

Het is nu wachten op de discussie die straks plaats gaat vinden in de vergadering van Provinciale Staten. Vraag daarbij is of een motie om het aantal dieren in Limburg terug te dringen, door een meerderheid wordt overgenomen wordt.

Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel