Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

In zijn column in Dagblad de Limburger van 3 april 2020 schreef Frans Pollux, dat - in deze tijd, waarin de corona-crisis alle aandacht trekt - sommige nieuwsfeiten onderbelicht raken. Zo ook de erkenning van het Mesdag Zuivelfonds (gelieerd aan de boerenpressiegroepen) dat de Nederlandse landbouw op papier inderdaad verantwoordelijk is voor 41 procent van de totale stikstofneerslag op natuurgebieden die daar het gevoeligst voor zijn.

Eerder belegde het Mesdag Zuivelfonds een persconferentie waarin ze breed uitmeette, dat het RIVM flink fout zat met haar berekening van de stikstoduitstoot door de landbouw (en dan met name de initiensieve veehouderijen). Eigenlijk zou er helemaal geen stikstofprobleem zijn, zo beweerden de zogenaamde onderzoekers (die overigens geen wetenschappelijhke achtergrrond hebben). Maar diezelfde onderzoekers zijn nu ook tot inzicht gekomen als het RIVM. Ze kwamen op basis van eigen berekeningen eerder tot de conclusie dat de landbouw ‘slechts’ 25 procent van de stikstofdepositie op natuurgebieden zou veroorzaken. Dat cijfer trokken ze begin maart in.

Overigens kwam het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) zelf eerder uit op een aandeel van de landbouw van 46 procent, maar onlangs kwam het inistituut met een bijstelling naar 41% aandeel.

Opvallend is dat de onderzoekers en de voorzitter van het Mesdagfonds er van overtuigd blijven dat de rekenmodellen van het RIVM slechts “een virtuele werkelijkheid” laten zien. Volgens hen zeggen metingen veel meer.

Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel