Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit nemen meer dan tienduizend extra gevallen van longontsteking als gevolg van de Pluimveehouderijen op de koop toe. Dat blijkt uit een brief van Staatssecretaris Van Veldhoven aan de Tweede Kamer naar aanleiding van vragen van de SP en Groen Links (zie bijlage).

In eerdere brief van 2 juni jl. heeft het vorige kabinet met de pluimveesector overleg gevoerd over een maatregelenpakket om tot verbetering van de luchtkwaliteit in de buurt van pluimveehouderijen te komen. Over de uitvoering van dit maatregelenpakket is aangegeven de besluitvorming over wettelijke maatregelen aan het volgende kabinet te laten. En dit nieuwe kabinet moet weer opnieuw met de pluimveesector overleggen over het maatregelenpakket. Met de omwonenden vindt géén overleg plaats. Zij moeten maar afwachten wat de staatssecretaris overeenkomt met de pluimveehouderijen.

So wie so wordt - als het aan de staatssecretaris ligt - pas in 2027 bij bestaande stallen resultaat geboekt als gevolg van de maatregelen! . De datum van 1 januari 2027 is de uiterste datum waarop bestaande stallen aan de reductie-eis van 50% zouden moeten voldoen. Een wettelijke vastlegging van de eisen - waarover dus nog met de sector onderhandeld moet worden - zijn eerder dan 2020 niet aan de orde. Vervolgens moeten de bedrijven de kans krijgen de wettelijke eisen door te voeren in de bedrijfsvoering. De implementatietermijn is daarbij gesteld op ongeveer 6 jaar.

Aanscherping van de emissie-eisen voor fijnstof uit pluimveestallen is noodzakelijk om de uitstoot van fijnstof op pluimveebedrijven in tien jaar minimaal te kunnen halveren, met het doel de luchtkwaliteit voor omwonenden te verbeteren. Ondertussen - zo stelt Professor Heederik - doen zich (landelijk gezien) bij omwonenden van pluimveehouderijen zo'n duizend tot 1500 longontstekingen extra per jaar voor. Dat zei prof. Dick Heederik in een toelichting op het gezondheidsonderzoek onder omwonenden. Hij praatte op 13 september de Tweede Kamer bij over nieuwe bevindingen.van de uitstoot van pluimveehouderijen: ''Het risico is behoorlijk constant en ligt op ongeveer 7% van alle longontstekingen bij omwonenden van pluimveehouderijen. De oorzaak moet worden gezocht in stof en endotoxinen, hoewel specifieke bacteriën niet kunnen worden uitgesloten.'' (zie: http://www.max5odeur.nl/duizend-tot-vijftienhonderd-longontstekingen-veehouderij/).

De beviningen van professor Heederik combinerend met het besluit van de staatssecretaris kan maar éém conclusie getrokken worden: meer dan tienduizend extra gevallen van longontsteking als gevolg van de Pluimveehouderijen worden voor lief genomen.Daarbij dient in ogenschouw worden genomen, dat die longontstekingen als gevolg van de pluimnveehouderij zich niet alleen voordoen in gebieden waar de normen voor fijnstof door pluimveehouderijen worden overschreden. Daarbij komt nog eens dat de reductie-eis van 30% voor nieuwe stallen wordt omzeild door in bestaande stallen meer kippen te gaan houden. Bovendien is reductie van 30% niet haalbaar met technische maatregelen in de pluimveehouderij met vrije uitloop, vanwege de natuurlijke ventilatie die optreedt in open stallen. Tenzij de techniek van Kipster (een innovatief kippenbedrijf in Oirlo) effectief is. Het lijkt dan ook van groot belang dat er tijdelijke maatregelen komen die per direct de fijnstofemissies naar beneden brengen.

Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel