Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

Vereniging Behoud de Parel heeft medio november 2008 een brief verstuurd aan het College van B&W van de gemeente Horst aan de Maas inzake het niet voldoen aan de IPPC-richtlijnen van een aantal intensieve veehouderijen in de gemeente. Op 11 februari 2009 verstuurt de gemeente haar reactie, die op 16 februari bij de vereniging binnen komt. In de brief bestrijdt het College van B&W van Horst aan de Maas de visie van Behoud de Parel, dat onvoldoende voldaan wordt aan de zogenaamde IPPC-normen. Volgens het college worden er wel verschillende acties ondernomen, waarbij ze er op wijst dat ten aanzien van één veehouderij inmiddels wel handhavende activiteiten ontwikkeld worden en dat een aantal andere veehouderijen inmiddels milieuvergunningen hebben aangevraagd.

De IPPC-richtlijnen (Europese regelgeving die ten doel heeft een schoner milieu te scheppen) behelzen onder andere dat bedrijven vanaf een bepaalde grootte dienen te voldoen aan strengere milieu-eisen. Deze bedrijven hadden volgens Behoud de Parel daar al in oktober 2007 aan moeten voldoen. Dat is - ook bij de bedrijven en gemeenten- al een groot aantal jaren bekend. Betreffende bedrijven hebben dus een zeer ruime aanloopperiode gehad. Dat roept voor Behoud de Parel op zijn minst vragen op over het handhavingsbeleid in de gemeente Horst aan de Maas.

In de brief van B&W wordt ook gereageerd op de vraag of het college van mening is dat de gevaren voor de volksgezondheid - als gevolg van de verslechtering van het milieu en de luchtkwaliteit, veroorzaakt door de intensieve veethouderijen die niet voldoen aan de IPPC-normen - onvoldoende in acht worden genomen. Het college is het op dit punt niet eens met Behoud de Parel, zo stelt ze, en ze laat weten dat zij bij de beoordeling van de gezondheidsrisico's rekening houdt met de Wet milieubeheer. Tegelijkertijd wijst B&W er op, dat het ministerie van LNV bekijkt of er nader onderzoek nodig is om de risico's van de intensieve veehouderij voor de volksgezondheid in te kunnen schatten. Daarbij wordt onderzocht of een gezondheidseffectrapportage - waar de vereniging Behoud de Parel al vaker om gevraagd heeft - een goed instrument zou kunnen zijn. Het college erkent dat vragen over de beoordeling van gezondheidsaspecten nu heel actueel zijn.

Op de vraag of de wettelijk vastgestelde bescherming van de zogenaamde Ecologische Hoofdstructuur (EHS) niet in het gedrang komt door de nabijheid van de veehouderijen antwoordt het college ook ontkennend, daarbij wijzend op de Wet ammoniak en veehouderij (WAV).Volgens het college liggen de door Behoud de Parel genoemde bedrijven buiten de zones, die wetelijk zijn vastgesteld. Daarbij gaat B&W echter niet in op de procedure, die Behoud de Parel juist heeft aangespannen, omdat naar haar mening - zeker in het geval van Kaldenbroek - bepaalde natuurgebieden een andere status is gegeven, waardoor deze bedrijven ineens niet meer binnen de zone vallen... Het college geeft wel toe dat de bedrijven niet de - voorgeschreven - "beste beschikbare technieken" gebruiken, maar volgens het college maakt de wet het mogelijk ook andere maatregelen te nemen, zonder dat de emissie vanuit het bedrijf afneemt!

Het college is het met Behoud de Parel eens dat de bedrijven nog niet voldoen aan het Europese en Nederlandse beleid inzake de reductie van ammoniak. Maar B&W stellen dat dit slechts "vergunningstechnisch" juist is. Met behulp van "interne saldering" kunnen bedrijven volgens B&W een uitbreiding realiseren, waarmee de inrichting in haar geheel wel voldoet aan de eisen. In een dergelijk geval kan zich de situatie voordoen dat de ammoniakemmissie gelijk blijft of zelfs toeneemt, erkend het college.

Samenvattend is het college van B&W van Horst aan de Maas van mening dat zij de wet- en regelgeving niet overtreedt en "tevens doende zijn met het actualiseren van de milieuvergunningen van de betreffende bedrijven"...

Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel