Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie stuurt mede namens de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport de Tweede Kamer een reactie op een door de Commissie ontvangen brief van de Consumentenbond van 13 december 2010. De brief gaat over de nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit (nVWA) en over het antibioticagebruik in de veehouderij.

De Staatssecretaris schrijft in zijn brief van 21 februari 2011 betreffende het verzoek om reactie op een brief van de Consumentenbond van 13 december 2010 over de nVWA en over het antibioticagebruik in de veehouderij:

Geachte Voorzitter,
De vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie heeft mij op 18 januari 2011 verzocht te reageren op een door de Commissie ontvangen brief van de Consumentenbond van 13 december 2010. Hierbij ontvangt u, mede namens de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, mijn reactie. De brief bevat 4 vraagpunten. Ik zal ze achtereenvolgens behandelen.

1.
De Consumentenbond verzoekt inzage te geven in de mate waarin de adviezen van het Bureau Risicobeoordeling en Onderzoeksprogrammering (BuRO) van de nVWA aan de ministers van VWS en EL&I worden opgevolgd. Het Bureau Risicobeoordeling en Onderzoeksprogrammering (BuRO) van de nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit (nVWA) draagt op grond van de Wet onafhankelijke risicobeoordeling Voedsel en Waren Autoriteit zorg voor een wetenschappelijk gefundeerde risicobeoordeling op het gebied van voeding en voedsel en op het gebied van andere consumentenproducten. De adviezen van het BuRO leveren een belangrijke bijdrage aan het maken van beleidskeuzen op genoemde terreinen. Daarbij wordt behalve naar de adviezen van het BuRO ook gekeken naar andere zaken, zoals eventuele andere beschikbare adviezen, maatschappelijke ontwikkelingen, politieke afwegingen, bestaand beleid en Europese ontwikkelingen. Het kan dan ook voorkomen dat het beleid afwijkt van het advies van het BuRO. Bij de voorbeelden die de Consumentenbond in haar brief noemt, hebben andere afwegingen geleid tot afwijking van het advies van het BuRO.

2.
De Consumentenbond wenst dat de nVWA ‘daadwerkelijk juridisch op grotere afstand van de overheid wordt geplaatst, conform het advies van de Commissie-Van Dijk (Q-koorts), opdat zij haar taak beter kan uitoefenen.’ De Commissie-Van Dijk heeft in haar rapport ‘Van verwerping tot verheffing: het Q-koorts-beleid in Nederland 2005-2010’ de aanbeveling opgenomen dat ‘de nVWA op termijn op enige afstand van de ministers (ministeries) dient te worden geplaatst om een werkelijke autoriteit te worden’ (aanbeveling 11, p. 114). Voor het antwoord op deze aanbeveling van de Commissie-Van Dijk verwijs ik u naar onze gezamenlijke brief aan uw Kamer van 26 november 2010 (TK 28286, nr. 445), naar het met uw Kamer gevoerde algemeen overleg hierover op 12 januari 2011 en naar mijn antwoord op de motie Jacobi en De Mos (TK 32500 XIII, nr. 81 ‘Aanbieding wijze uitvoering moties begrotingsbehandeling EL&I’, verstuurd op 1 februari 2011).

3.
De Consumentenbond maakt zich zorgen over ‘de situatie bij de nVWA en de mogelijke impact die dit heeft op de bescherming van de consument’. Zij wenst ‘een onafhankelijke evaluatie van het nieuwe handhavingsbeleid van de VWA (‘handhaven met verstand en gevoel’) en met name van de impact die de jarenlange aaneenschakeling van reorganisaties heeft op de controledruk en daarmee de bescherming van de consument’. Uitgangspunt voor het kabinet is een hoog beschermingsniveau van voedselveiligheid voor de consument. Ondernemers hebben hun eigen verantwoordelijkheid voor het produceren en aanbieden van veilig voedsel. Het kabinet spreekt hen op deze verantwoordelijkheid aan. Het handhavingsbeleid van de nVWA is op dit uitgangspunt gebaseerd. De nVWA ondersteunt ondernemers om deze verantwoordelijkheid goed in te vullen, ze houdt toezicht en intervenieert streng waar dat nodig is. Voorop staat het gewenste effect, namelijk de naleving van de wet- en regelgeving. De drie oude organisaties AID, PD en VWA werken sinds het voorjaar van 2010 samen in tijdelijke werkorganisaties op weg naar de formele fusie per 1 januari 2012. In de tijdelijke werkorganisaties staan de inhoud van het werk en de voortdurende kwaliteitsverbetering van de werkzaamheden centraal. Met deze inzet is de continuïteit van het toezicht geborgd. Ik heb geen indicaties dat als gevolg van deze fusie, of van eerdere fusies, de bescherming van de consument in gevaar zou zijn. Ook de controles van de Food and Veterinary Office (FVO), die namens de EU de uitvoering van de Europese wet- en regelgeving door de lidstaten controleert, geven geen reden tot zorg. Ik heb daarom geen reden om over te gaan tot een evaluatie van het handhavingsbeleid van de nVWA.

4.
De Consumentenbond verzoekt ons ‘vaart te maken met de openbaarmaking (van de controlegegevens van de nVWA) en te zorgen voor een goede juridische inbedding opdat zo veel mogelijk gegevens zo snel mogelijk gepubliceerd kunnen worden.’ Zoals besproken in het algemeen overleg over de nVWA van 16 december 2010 zullen wij uw Kamer vóór 1 april 2011 informeren over mogelijke aanpassingen in de wijze van openbaar maken van de nVWA-controlegegevens (TK 32262, nr. 5); zie ook het Schriftelijk Overleg van 21 december 2010 (TK 32262, nr. 4).

5.
De Consumentenbond spreekt haar ernstige zorgen uit over de aanpak van het antibioticagebruik in de veehouderij. Zij vraagt om een daadkrachtige aanpak. Voor het ingezette beleid om het antibioticagebruik in de veehouderij terug te dringen verwijs ik u naar mijn brief van 8 december 2010 (TK 29683, nr. 65). Over het ontkoppelen van het voorschrijven en verhandelen van diergeneesmiddelen heeft minister Verburg u op 8 maart 2010 een brief gestuurd (TK 29683, nr. 42). Het RIVM-Centrum Infectieziektebestrijding heeft in 2010 tweemaal een deskundigenberaad over ESBL-producerende bacteriën georganiseerd. Hierin hebben de deskundigen aangeven dat het geen zin heeft om het eten van kippenvlees te ontraden. Adviezen over de hygiënische bereiding van vlees en vleesproducten blijven uiteraard onverminderd van kracht. Zoals bij u bekend, is aan de Gezondheidsraad een advies gevraagd over de risico’s die het gebruik van antibiotica in de veehouderij met zich meebrengen voor de volksgezondheid. Het advies wordt medio 2011 verwacht. Dit advies kan aanleiding zijn om de aanpak zoals beschreven in de brief van 8 december 2010 aan te scherpen. Overigens kunnen tegenvallende (tussentijdse) reductieresultaten ook aanleiding zijn om ons te beraden op aanvullende maatregelen.
Uw Kamer heeft aangegeven op 13 april 2011 in de vorm van een algemeen overleg over antibioticaresistentie met ons van gedachten te wisselen.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,
dr. Henk Bleker.

Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel