Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

De Europese Commissie trekt vandaag, 9 november een streep door een groot deel van het 10-puntenplan van staatssecretaris Bleker. In antwoord op vragen van D66-Europarlementariër Gerben-Jan Gerbrandy over de aanpak van Natura 2000 in Nederland is de Europese Commissie zeer kritisch en fluit ze de staatssecretaris hard terug.

Geen buitensporig zware verplichtingen
Eurocommissaris Potocnik benadrukt dat voor alle Natura 2000 gebieden voorkomen moet worden dat de kwaliteit verslechtert. Ook als bepaalde soorten planten en dieren in een ander gebied floreren. Nederland mag van de Commissie natuurbescherming niet afschuiven naar buurlanden, zoals Bleker wil. Daarnaast is de Commissie het oneens met de analyse van Bleker dat er uit de vogel- en habitatrichtlijnen "buitensporige zware verplichtingen" voortvloeien.

Eigen invulling verplichtingen t.b.v. doelstellingen
Het is een basisbeginsel van het Europese recht dat de lidstaten verantwoordelijk zijn voor de tenuitvoerlegging van richtlijnen. Zij moeten zelf kiezen hoe ze de verplichtingen op de best mogelijke manier in hun nationale rechtsstelsel kunnen opnemen. Zij moeten er echter voor zorgen dat de richtlijn zo ten uitvoer wordt gelegd dat de doelstellingen ervan zeker worden verwezenlijkt.

Bescherming geldt voor alle soorten
In de vogel- en habitatrichtlijnen staat niet specifiek vermeld dat alleen bestendige populaties moeten worden beschermd. Overeenkomstig artikel 6, lid 1, van de habitatrichtlijn moeten in speciale beschermingszones instandhoudingsmaatregelen worden genomen, en dit voor alle soorten die in een bepaald gebied van communautair belang zijn. De beschermingsregeling krachtens artikel 6, leden 2, 3 en 4, heeft betrekking op alle soorten van communautair belang die aanwezig zijn in een bepaald gebied met een aanzienlijke populatieomvang en -dichtheid.

Vogel- en habitatrichtlijnen gerechtvaardigd
De Commissie kan in dit stadium niet aantonen of de beleidsintenties van de Nederlandse regering, met name dat "normale bedrijfsontwikkelingen" in de buurt van een Natura 2000-gebied moeten door kunnen gaan, verenigbaar zijn met de bovenvermelde beschermingsregeling. Deze regeling biedt een mechanisme om economische activiteit met natuurbeschermingseisen te verzoenen. Indien het waarschijnlijk is dat bepaalde activiteiten aanzienlijke negatieve gevolgen voor een Natura 2000-gebied hebben, moeten deze steeds per geval worden onderzocht. De Commissie is het er dus niet mee eens dat er mogelijk "buitensporig zware verplichtingen" voortvloeien uit de vogel- en habitatrichtlijnen.

Bescherming geldt ook andere gebieden
Het samenvoegen van Natura 2000-gebieden binnen een lidstaat is mogelijk op voorwaarde dat de natuurlijke kenmerken van de gebieden in kwestie niet worden aangetast en de instandhoudingsdoelstellingen hier niet onder lijden. Krachtens artikel 9 van de habitatrichtlijn kan enkel worden overwogen om een Natura 2000-gebied zijn status te ontnemen wanneer de natuurlijke ontwikkeling dat rechtvaardigt. Indien een bepaalde soort het in een Natura 2000-gebied goed doet, betekent dit niet dat dezelfde soort in een ander gebied niet meer beschermd hoeft te worden.

Kwaliteit Natura2000 mag niet verslechteren
De richtlijnen houden voor elk van de lidstaten verplichtingen in, wat onder meer betekent dat een gunstige staat van instandhouding van typen habitats en soorten van communautair belang op het niveau van de lidstaten moet worden verwezenlijkt. Dit houdt dan weer in dat een lidstaat niet noodzakelijk in elk afzonderlijk gebied een gunstige staat van instandhouding hoeft te bereiken als deze op nationaal niveau is verwezenlijkt. Toch geldt voor alle Natura 2000-gebieden als algemene regel dat de lidstaten moeten voorkomen dat de kwaliteit van habitats van communautair belang en de habitats van soorten van communautair belang waarvoor een gebied is aangewezen, verslechtert.

Ecologisch netwerk verplichting elke lidstaat
Een van de doelstellingen van de habitatrichtlijn is de totstandbrenging van een coherent ecologisch netwerk van beschermingszones. Deze belangrijke bepaling komt in het gedrang indien niet elke lidstaat de verplichting op zich neemt om actief bij te dragen aan het bereiken van een gunstige staat van instandhouding door op zijn grondgebied de typen habitats en soorten te beschermen waarvoor het netwerk tot stand is gebracht.

Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel