Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

Utrecht - Vleeskuikenhouders en andere mensen die werken in de vleeskuikenhouderij zijn drie keer vaker met de resistente ESBL-bacterie besmet, dan de rest van de Nederlandse bevolking.
Vleeskuikenhouder groter risico op ESBL

Dat blijkt uit onderzoek waar de Utrechtse onderzoeker Cindy Dierikx op promoveert. Dierikx heeft vastgesteld dat 33 procent van de mensen die in de vleeskuikenhouderij werkzaam zijn, besmet zijn met de resistentie ESBL (extended spectrum beta-lactamase). In de rest van de bevolking is ongeveer 10 procent met de bacterie besmet. Van het kippenvlees blijkt 94 besmet met de bacterie, die in staat is om de werking van antibiotica ongedaan te maken.

De beta-lactam resistente bacteriën zijn in de gehele vleeskuikenproductieketen aangetroffen, maar vooral op vleeskuikenbedrijven. Dierikx beschrijft dat bacteriën in vleeskuikens op ongeveer dezelfde manier resistent worden, als bacteriën bij urineweginfecties bij mensen.

Niet alleen kippen zijn met de bacterie besmet. Ook gezelschapsdieren en paarden zijn drager. Volgens Dierikx is het niet uitgesloten dat de bacteriën heen en weer springen van dieren naar mensen en terug. De onderzoeker zegt dat het wenselijk is dat maatregelen worden genomen om ESBL's te weren uit de vleeskuikenproductieketen, ook al realiseert zij zich dat de vleeskuikensector daarmee een moeilijke taak heeft.

(Bron: Boerderij, Jan Braakman, 15 mei 2013)

Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel