Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

UTRECHT - De gemeente Utrecht vindt het opmerkelijk dat het Gerechtshof Amsterdam de gemeente vraagt om over het effect van genomen luchtkwaliteitsmaatregelen bij voorkeur metingen te overleggen. Dit omdat de bestuursrechter al lange tijd de vaste lijn volgt dat dit ook met berekeningen kan. De uitspraak (zie bijlage) van het Gerechtshof betreft een tussenvonnis in een zaak over de luchtkwaliteit op de Amsterdamsestraatweg in Utrecht. Op 20 januari 2009 krijgt de zaak een vervolg.

Het Gerechtshof Amsterdam heeft op 9 december 2008 een tussenarrest gewezen in het geding tussen de heer Kees van Oosten en de gemeente Utrecht. In deze procedure vraagt Van Oosten -kort samengevat- de rechter om de gemeente te veroordelen tot het nemen van maatregelen ten einde te voldoen aan de wettelijke normen voor luchtkwaliteit. In het tussenarrest oordeelt het Hof samengevat het volgende: "Het Hof overweegt dat de gemeente heeft voldaan aan de eis van het Europese Hof van Justitie die inhoudt dat de overheid gehouden is om plannen op te stellen met als doel een geleidelijke terugdringing van overschrijding van de maximaal toelaatbare concentraties fijn stof en stikstofdioxide. De gemeente Utrecht heeft hier met het opstellen van de actieplannen ALU2006 en ALU2008 aan voldaan".

Het Hof geeft geen inhoudelijk oordeel over deze plannen, omdat dat volgens het Hof aan de bestuursrechter is. Wel wil het Hof rechterlijk toezicht uitoefenen op de effectiviteit van de plannen, voor zover deze inmiddels onherroepelijk zijn geworden. De heer Van Oosten heeft zich op het standpunt gesteld dat de gemeente tekortschiet in het geleidelijk doen terugdringen van de overschrijdingen van de normen. Het Hof vraagt zich in dat verband af in hoeverre de tot nu toe ontwikkelde plannen en de maatregelen die ter uitvoering daarvan zijn genomen, tot een vermindering van overschrijdingen hebben geleid. Het Hof heeft de gemeente gevraagd daarover inlichtingen te verschaffen. Daarbij geeft het Hof aan dat het voor de hand ligt dat de gemeente deze inlichtingen verschaft door het overleggen van meetgegevens.

Met name de overweging van het Hof dat de gemeente wordt verzocht inlichtingen te verschaffen door bij voorkeur meetgegevens over te leggen, is opmerkelijk. Dit zeker omdat de bestuursrechter al lange tijd de vaste lijn hanteert dat de kwaliteit van de lucht niet met metingen hoeft te worden aangetoond, maar dat dit (ook) met berekeningen kan. De berekeningen van luchtkwaliteit in Utrecht zijn al bij het Hof bekend. De gemeente zal het tussenvonnis in de komende tijd nader bestuderen en gaat de komende periode aan de slag met haar reactie naar aanleiding van het tussenarrest van het Hof.

Ondertussen hebben twee Utrechtse burgers de luchtvervuiling in hun stad gemeten. Ze kwamen op heel andere waarden uit dan de gemeente. Een hoogopgeleide bevolking kan het een stadsbestuur dus behoorlijk lastig maken. Neem Ben Nijssen, analytisch chemicus, en Ted Zorn, adviseur bouwfysica en akoestiek, beiden bewoners van de Utrechtse binnenstad en actief in de bewonersgroep Wijk C Comité. Zij besloten zelf de luchtvervuiling te gaan meten.

Nijssen en Zorn lazen zich in en riepen de hulp in van een gespecialiseerd bedrijf, Buro Blauw. Grinnikend vertellen ze hoe ze een paar honderd euro gemeentelijke subsidie aanvroegen om de meetbuisjes aan te schaffen. Ze hingen ze op in de stad, en wat bleek: de concentratie stikstofdioxide in de lucht is volgens hun metingen beduidend hoger dan de gemeente voor die locaties had berekend.

Nijssen en Zorn deden nog een opvallende ontdekking. De 144 gloednieuwe dieselbussen van streekvervoerder Connexxion blijken minder schoon dan de gemeente beweert. Volgens TNO blijkt dat de uitstoot van stikstofdioxide veel groter is dan de gemeente heeft ingevoerd in zijn rekenmodellen voor luchtkwaliteit. Over de busbaan over het Vredenburg gaan dagelijks 2.600 bussen.

Hun actie kan verstrekkende gevolgen hebben. Want voor luchtkwaliteit gelden Europese normen, en als die worden overschreden, kan er niet worden gebouwd.

Op het Vredenburg moeten een nieuw winkelcomplex en een Muziekpaleis verrijzen. Maar ook daar maten Nijssen en Zorn veel meer stikstofdioxide dan de gemeentelijke waarde. Met de introductie van de ‘schone’ bussen hoopte de gemeente een grote milieuwinst te boeken om de vervuiling op het Vredenburg te compenseren. Ten onrechte, blijkt nu volgens hen.

Hoe dit mogelijk is? Daar wil de gemeente nu niet op reageren. De gemeente ‘streeft’ naar een spoedige invoering van schone, hybride stadsbussen, is de enige reactie.

‘Je moet maar zo gek zijn om die dikke rapporten te gaan doorploegen, maar het is het waard geweest’, zeggen Zorn en Nijssen. Ze raakten niet alleen gemotiveerd door hun zorgen over de plannen voor het stationsgebied. Maar ook door de wijze waarop de gemeente de actievoerder Kees van Oosten aanpakt. Die dreigt zijn huisraad kwijt te raken vanwege een door de gemeente betaalde procedure tegen hem. Van Oosten weet met zijn rechtszaken – die vaak over luchtkwaliteit gaan – veel projecten in de stad te vertragen.

Kees van Oosten is op zijn beurt blij met ‘het explosieve materiaal’ van Zorn en Nijssen. Hij zal het binnenkort gebruiken in procedures tegen de bouw op het Vredenburg.

Waarom Utrecht de luchtkwaliteit niet meet? Niet nodig, zei wethouder De Weger (ChristenUnie) eerder. De Utrechtse SP-fractie is het ‘juridische gesteggel’ rond luchtkwaliteit zat. De fractie heeft besloten zelf een eigen luchtmeetnetwerk voor stikstofdioxide op te zetten. ‘Meten is weten. De door de gemeente gebruikte modellen staan keer op keer ter discussie in de rechtbank. Als in die modellen wordt ingevoerd dat bijvoorbeeld bussen schoner zijn geworden, moet je nameten of dat echt zo is’, zegt SP-raadslid Michel Eggermont. ‘Blijkt de lucht vuiler dan berekend, dan moet er iets gebeuren, in het belang van de gezondheid van de mensen. Die Europese normen zijn er niet voor niets.’

Utrecht vindt dat het hard zijn best doet om aan de wettelijke eisen te voldoen. De wethouder kondigde eerder een verstrekkend verkeersplan aan, waardoor het vanaf 2012 niet meer mogelijk is door het Utrechtse centrum te rijden van de ene kant naar de andere kant van de stad.

Ondernemers in de binnenstad vrezen omzetverlies en critici spreken van een ‘omrijplan’, waarmee de problemen alleen worden verplaatst.

(Bron: De Volkskrant, Charlotte Huisman, 09 januari 2009)

Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel