Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

Delfstoffen Combinatie Maasdal (DCM) heeft in een rapportje het alternatieve plan van Behoud de Parel om zand te verwerken dat vrij komt bij het beveiligen van de Maas tegen overstromingen, als niet haalbaar gekarakteriseerd. Daarmee wil DCM de weg vrij maken voor de uitvoering van haar eigen plan, een haven, zandverwerkingscentrale en een "omputterrein" (slibdepot) van zo'n 40 hectare in het Raaieind in Grubbenvorst. De plannen van DCM zullen tot veel overlast leiden. Een forse toename van het verkeer (met toppen van wel 300 vrachtwagenbewegingen per dag), uitstoot van fijnstof, geluidsoverlast en aantasting van het mooie Maasdallandschap en het Raaieind. Voldoende reden voor Behoud de Parel het alternatieve plan te presenteren.

DCM stelt in haar rapportje dat ze het alternatief van Behoud de Parel serieus zal onderzoeken. Een twijfelachtige bewering die vergelijkbaar is met de bewering van de vos dat hij serieus zal onderzoeken of hij voortaan bloemkool gaat eten in plaats van kippen. Eerder wist DCM andere alternatieve plaatsen waar zandverwerking kon plaats vinden, op basis van onderzoek ook al als "ongeschikt" af te serveren. De criteria op basis waarvan dat gebeurde lijken gezocht. Het "onderzoek" van DCM - ook het onderzoek naar het alternatieve plan van Behoud de Parel - lijkt er vooral op gericht haar eigen plan er door te krijgen. Logisch, want het afgraven van zand in het Raaieind levert enorme bedragen op, die DCM zo in haar zak kan steken...

Voorbeelden
In het rapportje van DCM staan verschillende onjuiste gegevens, waardoor ze ook tot onjuiste beoordelingen komen. Bijvoorbeeld: DCM stelt dat voor de lokale steunpunten, die Behoud de Parel voor stelt, bedrijfsterreinen beschikbaar dienen te zijn van 4 hectare. Een onjuiste vooronderstelling van DCM. Zij hebben bij Behoud de Parel niet gechecked of zulke bedrijfsterreinen opgenomen zijn in het plan (wat dus niet het geval is...). Dezelfde berekening past DCM toe bij het zogenaamde "startgat" (waar de winning van zand in de Maas begint). De omvang van een startgat bij een drijvende installatie (zoals in het plan van Behoud de Parel) kan veel kleiner en wordt - naar gelang meer zand is gewonnen - vanzelf groter. Als je al uitgaat van de verkeerde gegevens, dan krijg je natuurlijk onjuiste uitkomsten. Een ander voorbeeld: in een vergelijkingsstaat laat men zien dat het plan van DCM veel minder dieselolie zal gebruiken (en als afgeleide daarvan veel minder finstof uitstoten) als in het plan van Behoud de Parel. De cijfers die vermeld staan, zijn tendentieus en niet wordt aangegeven op basis waarvan men tot die cijfers is gekomen. In de vergelijking laat DCM bepaalde vormen van verbruik van dieselolie bij haar plan weg, die haar niet goed uitkomen. En ze rekent verbruik aan het plan van Behoud de Parel toe, die niet zal plaats vinden. Door de berekening komt DCM tot de conclusie dat in het plan van Behoud de Parel tien keer zoveel dieselolie verbruikt wordt als in hun eigen plan. "Wijselijk" laat DCM de negatieve aspecten van haar eigen plan wat minder op de voorgrond treden.

Tendentieuze berichtgeving
Op zich heeft DCM het volste recht om het plan van Behoud de Parel aan kritiek te onderwerpen. DCM heeft immers een belangrijk bedrijfsbelang te verdedigen. Kwalijker wordt het als een "onafhankelijk" orgaan als een krant kritiekloos de beoordeling van - in dit geval - DCM overneemt. Iets wat wel vaker te constateren valt. En het is in dit geval het Dagblad de Limburger weer gelukt: een kop fabriceren die van geen kanten deugt. Een tijd geleden beweerde de krant dat de Raad van State Behoud de Parel inzake de bescherming van natuurgebied Kaldenbroek in het ongelijk had gesteld (zie ?q=node/840). Onjuist en tendentieus. De Raad van State moet hierover nog steeds een besluit nemen. Nu plaatst de krant als kop dat het alternatieve plan van Behoud de Parel voor de zandverwerking om de Maas te beveiligen, in de prullenmand kan. Onjuist en tendentieus. Het gaat om een reactie van Delfstoffen Combinatie Maasdal (DCM) op het plan van Behoud de Parel. De gemeente Horst aan de Maas besluit daarover pas 21 april. DCM wil graag een zandverwerkingscentrale, haven en “omputterrein” (slibdepot) – zo’n 40 hectare – afgraven in het Raaieind in Grubbenvorst. Daar verdienen ze veel geld mee, maar het betekent de zoveelste aanslag op de leefbaarheid van Grubbenvorst. Als Behoud de Parel een persbericht naar het Dagblad stuurt, wordt dat steevast voorgelegd aan de ontgronder (in het geval van de zandverwerking), het NGB, als het gaat over LOG Witveld of de gemeente, als het gaat over de andere plannen. Een goede zaak, immers hoor en wederhoor is een journalistieke plicht. Andersom is dat kennelijk niet nodig.

Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel