Longarts Jos Rooijackers maakt zich grote zorgen over de overstap van pluimveebedrijven naar etagestallen. "Voor de kippen is het heel goed voor het welzijn, omdat ze lekker kunnen fladderen. Maar aan het welzijn en de gezondheid van de pluimveehouder is totaal niet gedacht. Voor hen is het heel slecht omdat dit systeem extreem veel stof veroorzaakt." De arts van het NKAL (Nederlands Kenniscentrum Arbeid en Longaandoeningen) uit zijn zorg op een bijeenkomst over de aanpak van stof in de varkenshouderij. Hij bevestigt dat de stofproblemen in de pluimveehouderij groter zijn dan in de varkensstallen. "Maar ook in de varkenshouderij wordt het probleem onderschat."

Rooijackers vindt het uiterst opmerkelijk dat er vanuit de veehouders zelf zo weinig meldingen zijn van klachten. "Burgers die op grote afstand wonen van stallen klagen over het effect van stof voor hun gezondheid. Tegelijkertijd hebben de veehouders zelf in de stal te maken met een 100 keer hogere blootstelling aan fijnstof, een 100 keer hogere blootstelling aan endotoxinen en een 1.000 keer hogere blootstelling aan ammoniak ten opzichte van de omgeving", aldus de arts. "Een varkenshouder wordt dus veel meer blootgesteld aan de schadelijke stoffen dan Marianne Thieme, om het zo maar te zeggen. Maar varkenshouders hoor je niet klagen."

Hij vindt het opvallend dat veehouders weinig klachten hebben. "Dat zag je ook met Q-koorts, de geitenhouders zelf hebben weinig klachten, terwijl uit onderzoek wel blijkt dat ze veel besmettingen hebben doorgemaakt." Van de werknemers in de varkenshouderij heeft een kwart last van hoesten, slijm en kortademigheid. "Ik zie alleen de zwaardere gevallen. Jaarlijks komen ongeveer tien varkenshouders naar mij in opdracht van verzekeringsmaatschappijen. Dit komt dan omdat ze het werk niet meer kunnen doen en dan moet onderzocht worden of de varkens inderdaad hier de de oorzaak van zijn."

(Bron: Agrarisch Dagblad, Sake Moesker, 7-9-'10)