Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

In plaats van de megastallen te bestrijden, kunnen politici deze beter concentreren in parken nabij zeehavens. Dat biedt de Nederlandse veeteelt nieuwe kansen, schrijven onderzoekers van Alterra.

Megastallen stuiten al jaren op grote, maatschappelijke weerstand. maar niet de megastal zelf is hét probleem. De ontwikkeling van megastallen gaat vrijwel steeds gepaard met moderniseringen en verbeteringen - beter milieumanagement, meer dierenwelzijn, minder veterinaire risico's. Grote stallen hoeven ook niet lelijk te zijn. Waar het om gaat, is de locatiekeuze. Die is vrijwel altijd fout. De Nederlandse landbouw gaat nog steeds uit van een zo groot mogelijke huiskavel bij de boerderij. Zolang bedrijven verspreid in het land liggen, roept elke stap naar schaalvergroting weerstand op.

Als een bouwstop op megastallen wordt ingevoerd, zal de melkveehouderij dit de komende jaren voelen. De ervaring van de afgelopen jaren leert dat een melkveehouder die boven de grens van het gezinsbedrijf- 150 tot 200 melkkoeien - wil groeien, dat niet geleidelijk moet doen. Pas voorbij de 800 koeien plukt hij de vruchten van schaalvergroting. Die schaalsprong wordt met het moratorium van de Tweede Kamer onmogelijk gemaakt. De oplossing hiervoor is simpel, maar wel ingrijpend. Ze vergt moed van de agrarische sector en de politiek.

De oplossing luidt concentreer de dierhouderij en verplaats haar waar nodig naar 'agroparken' - agrarische bedrijventerreinen waar de voordelen van clustering maximaal zijn. Ze volgt daarmee het adagium: 'de juiste functie op de jujste plaats'. De agrologistiek kan op deze manier efficiënter en milieuvriendelijker dan nu, met een kleiner wordende ecologische footprint. Die clustering heeft plaatsgehad in de glastuinbouw en in de industrie. In de dierhouderij lijkt ze moeilijker uitvoerbaar, omdat in Nederland vooral gezinsbedrijven actief zijn.

De ruimte die in het landelijk gebied door clustering van megabedrijven vrijkomt, biedt mogelijkheden voor de overblijvende agrariërs en andere gebruikers. De burger wil steeds meer inbreng in de inrichting van het platteland voor recreëren, natuur en openheid. De clustering van megastallen ontzenuwt nimby-discussies.

De internationale positie van Nederland - als vooraanstaand landbouwland - is in het geding. Louise O. Fresco stelde in haar column (Opinie, 2 maart) dat een verbod op megastallen feitelijk export betekent van dierenleed, milieu-ellende en veterinaire risico's naar andere landen. Dit wringt des te meer omdat de Nederlandse melkveehouderij in de komende jaren door het wegvallen van de Europese subsidies goede kansen heeft om haar marktaandeel te vergroten. Nederland is daarvoor logistiek uitstekend gepositioneerd. Dan moet de dierhouderij wel plaats hebben in agroparken met geclusterde megastallen, dicht bij zeehavens en andere logistieke knooppunten.

Het innovatiebeleid van het kabinet biedt hiervoor mogelijkheden, bijvoorbeeld door het oprichten van agroparken, die bestaan uit landbouwproductie en de verwerking van groenten, paddenstoelen, vlees, vis en melk. Daaromheen functioneert een netwerk van toeleveranciers, veelal bestaande uit midden- en kleinbedrijven. Van deze innovatie-impuls profiteren ook voerproducenten, boerenbedrijven, logistieke dienstverlening, luchtwasserfabrikanten, mestverwerkers, waterzuiveraars, automatiseerders, financiële dienstverleners, kennisinstellingen en landschapsinrichters.

Voor agroparken als onderdeel van duurzame agrologistieke systemen bestaat wereldwijd grote belangstelling, vooral uit de opkomende economieën zoals China, lndia, Zuid-Afrika en Mexico. Die kenmerken zich door een grote 'economische groei en een achterblijvende agrarische productiviteit. Nederland kan die landen op weg helpen. Cruciaal bij succesvolle kennisexport is praktijkervaring van het Nederlandse bedrijfsleven en de kennisinstellingen.

In de ongenuanceerde discussie over megastallen in Nederland dreigt het kind met het badwater te worden weggegooid. Ook die kennisexport staat op losse schroeven. De verstedelijkende wereld zal meer vlees en zuivel consumeren. Megastallen in agroparken passen daar bij.

De auteurs, Peter Smeets, Madeleine van Mansfeld, Kees van Diepen en Peter Kuikman zijn wetenschappelijk onderzoekers bíj Alterra, onderdeel van Wageningen UR.

PS: in de bijlage een artikel, waarin ook de suggestie ondersteunt wordt, om aparte gebieden aan te wijzen voor agro-industrie.

Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel